In een busje wordt Arje (13) nu naar school gebracht. Na 9 jaar fietsen en wandelen naar de reguliere basisschool om de hoek, werd alles anders. Zijn eigen regie én zichtbaarheid is
helemaal weg… Wat heb ik ermee lopen worstelen. Het resultaat van die worsteling vertel ik je in dit blog.

Zo ging het hiervoor
Negen jaar lang fietste en wandelde Arje naar de reguliere basisschool om de hoek. Onderweg naar school werd hij begroet: ‘Ha Arje!’ Er werd gezwaaid. Het was een actieve, gezonde start van de
dag. Nu wordt Arje met het busje naar school gebracht. Zijn eigen regie én zichtbaarheid is helemaal weg… Wat heb ik ermee lopen worstelen. Het resultaat van die worsteling vertel ik je
hier:
De situatie nu
Arje gaat nu 4 dagen naar het VSO, en 1 dag per week naar de nieuwe Samen naar School-klas op UGO (vmbo-school in Apeldoorn). Daar haakt hij aan bij lessen in een vmbo-klas. We fietsen er samen
naar toe: want als er iemand naast hem fietst, kan hij deelnemen aan het verkeer.
Ik zeg precies wat hij moet doen (‘remmen’, ‘versnelling op 3’, ‘kleine bocht’). Hij steekt geen hand uit, dat doe ik. Ook reageert hij later: hij fietst bij inhalers bijvoorbeeld niet zo snel
achter elkaar, stuurt soms onverwacht toch even naar links, heeft af en toe een duw nodig. Dit maakt dat we net even anders reageren dan weggebruikers gewend zijn. Dat voelde niet altijd even
veilig.
De oplossing hiervoor
Ik zocht daarom uit hoe slechtzienden en slechthorenden aan andere verkeersdeelnemers laten zien dat zij anders reageren in het verkeer. Dat doen ze met een symbool dat ze op hun fiets plakken.
Van hen komt het advies: ‘Maak je beperking kenbaar, dan kunnen anderen, óók in het verkeer, met je meedenken.’
Zo gezegd zo gedaan: Mijn man kwam met het idee van de L die we achterop de fiets bevestigden: Arje heeft les! Degene die naast hem fietst, draagt een geel hesje. En zo fietsen we door de
stad.
En… het werkt!!
Auto’s halen in, maar nu met meer afstand.
Ook fietsers achter ons reageren empathischer.
Bij het stoplicht ontstaan gezellige praatjes.
Door aan te geven wat Arje nodig heeft, kunnen anderen (lees: wildvreemden!) meedenken. Mensen wíllen graag helpen.
De impact van het busje
Graag citeer ik Beno Schraepen uit zijn boek ‘Excluses, wat uitsluiting doet met mensen’:
‘Zich kunnen verplaatsen in de openbare ruimte is een voorwaarde voor gelijkwaardige participatie. Het maakt mensen zichtbaar in de stad, de buurt, het dorp.’
Er niet zijn, is geen optie.